BOKRIJK: DOMEIN VAN HET BREIN (3)

post
IMG_0916_bericht_12 (Copy)

Om van ons dorp tot in het centrum van Bilzen te komen moet je een lang pad omlaag door een bos dat er redelijk echt en donker uitziet: de Katteberg. Als ik afdaal in de duisternis kijk ik rond of ik panter, leeuw of wolvin zie: de wilde dieren die Dantes weg versperden toen hij midden in zijn leven van het rechte pad was geraakt. Feitelijk is dit bosje te lieflijk, de schaduwen die rond het middaguur op het pad vallen zijn prachtig, als kantwerkjes van licht. Licht is er ook in overvloed als je onderaan de helling bent; geen sfeer die je je voorstelt in de directe omgeving van de Hellepoort.

Ik hoef op die plek dus niet mijn oren te spitsen in een poging iets op te vangen van het gejammer en geweeklaag van die ontelbare zielen die doelloos rondzwerven, gestraft omdat ze tijdens hun leven geen kant hadden gekozen toen ze hun stem hadden moeten laten horen: de lafaards. ‘Voor de hemelsferen zijn ze te slecht, maar voor de diepte van de hel deugen ze evenmin.’ (vertaling Jacques Janssen) Wat Dante vooral opvalt is dat het zo ongelofelijk veel mensen zijn die ‘zonder schande en zonder roem hebben geleefd’.
Daar sta je dan, als brave burger.

Onlangs was ik er in de bus getuige van hoe een groepje jongens zonder respect meesmuilde en smiespelde over een vrouw die er anders uitzag dan de meeste andere mensen. Ik deed niks. Ik deed er al die jaren ook niks aan om Afrika er bovenop te helpen, buiten af en toe op het toetsenbord tokkelen om geld over te maken voor goede doelen.
Hoe bereid ik me voor op een bestaan van eeuwige doelloosheid?

Leave a reply

18 + 10 =

RECENTE BERICHTEN

TWITTER